Afbeelding

De historie van Station
Woudenberg - Scherpenzeel

Eén van de vrijwilligers van Stichting Oud Woudenberg, Janny Goemaat (Jansje), is in de historie van het station Woudenberg - Scherpenzeel gedoken.

De industriële revolutie die was begonnen met de uitvinding van de stoommachine bevorderde ook de aanleg van spoorwegen. Dit werd in Woudenberg – Scherpenzeel zichtbaar toen op basis van de spoorweg wet van 1860 werd besloten tot aanleg van spoorlijn Amersfoort – Kesteren. Einde van 1877 zijn de papieren ondertekend voor het realiseren van de spoorlijn en het station Woudenberg – Scherpenzeel. De Hollandse IJzeren Spoorweg Maatschappij heeft de lijn aangelegd. Het was een enkelspoor, later kreeg het de naam “Het Kersenlijntje“.

De opening vond plaats op 17 februari 1886. Het was een feestelijke dag voor beide dorpen, hoogwaardigheidsbekleders, waaronder de minister van Binnenlandse zaken, waren aanwezig. Het glas werd geheven, een muziekgezelschap speelde een vrolijk deuntje en de schoolkinderen kregen een vrije dag en konden versnaperingen halen en spelletjes doen. In de avond nog een fakkeloptocht, het kon niet op.
Het stationsgebouw was van type “Hemmen“ een asymmetrisch gebouw. Het hoge gedeelte was als woning ingericht. Boven de toegangsdeuren gelegen, in het midden van de gevel, is een versiering aangebracht van glas in lood met het spoorweg monogram. Architect was M.A. Van Wadenoyen, aannemer J.V. Vos sr. uit Almelo heeft het gebouwd, zo ook het koffiehuis Schimmel, maar dat moest Schimmel zelf betalen.

Vanaf 1889 konden de treinen doorrijden tot Nijmegen en vandaar naar Duitsland. Het traject was ook van grote betekenis voor het transport van steenkool en andere goederen maar ook gericht op personenvervoer. In de jaren van 1920 werd het baanvak Amersfoort tot Woudenberg – Scherpenzeel uitgebreid naar dubbelspoor. Ene Voisin was de eerste stationschef tot 1886. Zijn opvolgers waren H. van den Hoorn tot 1893, J. van der Bent tot 1894 en Berend Baantjer die tot 1901 heeft dienstgedaan.

In de nacht van 10 op 11 mei 1940 worden de inwoners van Scherpenzeel met 7 treinen vanaf het station naar Noord-Holland geëvacueerd. Er werd toen hevig gevochten op de Grebbelinie. Daar hebben veel mensen nog akelige herinneringen aan. Je vertrouwde plek verlaten en niet weten of en hoe het er bij terugkomst uit ziet.

In mei 1940 werd de spoorbrug bij Rhenen opgeblazen maar ook weer gerepareerd zodat de Duitsers er gebruik van konden maken gedurende de oorlog. Aan het einde van de oorlog hadden de Duitsers ijzer nodig voor wapens en hebben ze de tweede baan weer weggehaald. Een geallieerd bombardement maakte in oktober 1944 een einde aan de verbinding met Kesteren. Toen is men gestopt met het personenvervoer. De spoorlijn werd voortaan alleen nog maar voor vervoer van goederen gebruikt. In 1957 vond de sloop plaats van een deel van het station ten behoeve van Koopmans meelfabrieken. Koopmans kreeg ook een spooraansluiting die in 1972 weer kwam te vervallen.

Het station werd in 1972 gesloten. Er kwamen alleen wagens met gas en wagens met oude ballast (die in Woudenberg werden overgeladen op vrachtwagens). Ook autotreinen met Peugeots voor firma Nefkens kwamen aan in Woudenberg, waar ze verder over de weg werden getransporteerd. Op het terrein van de spoorwegen zijn nog verschillende bedrijven gehuisvest geweest. Een transportbedrijf, een sloperij, Voskuilen e.v.a. En in een oud pand was als laatste nog de kringloopwinkel van de Voorhof gevestigd.

Het spoorwachtershuisje nr. 40 is in 1884 gebouwd. De laatste spoorwegmedewerker die daar woonde was Hermanus (Manus) v.d. Beek, overleden in 1954. Zijn vrouw en dochter Aartje zijn er altijd blijven wonen.

Buurtvereniging “het Spoor“ heeft nog een gebouw op het stationsterrein gehad. Een zeer actieve vereniging met puzzeltochten, kaartavonden en niet te vergeten “het Spoorkoor”.

In 1914 is de handelsvereniging Woudenberg – Maarn begonnen met handel van kunstmest en granen. Nabij het station werd een stenen loods gerealiseerd als maalderij. In 1931 is de maalderij uitgebreid met een pakhuis. In 1949 ging de opdracht naar architect C.A. Sparneboom. Zijn eerste bekende werk is het silogebouw Coöperatieve Boerenleenbank en handelsvereniging Woudenberg- Maarn. Tot 1972 heeft de graanmaalderij gefunctioneerd.

Aan de overzijde van de Parallelweg hebben meer gebouwen gestaan, verbonden met een luchtbrug. Deze zijn grotendeels gesloopt. In de gebouwen van de maalderij zijn verschillende bedrijven gevestigd. Het gebouwencomplex is nu een gemeentelijk monument.
Inmiddels heeft Supermarkt Hoogvliet er een grote winkel gebouwd met een prachtige locomotief aan de kant van de Stationsweg als verwijzing naar het vroegere station. Firma Welkoop heeft plannen aan diezelfde kant een nieuwe winkel te bouwen met behoud van het nog bestaande oude stationsgebouw.

Dan blijft er nog een deel van het vroegere station behouden. Inmiddels wordt het nieuwe industrieterrein al aardig vol gebouwd. Een verrijking voor Woudenberg en Scherpenzeel. Nu in 2021 staan er verschillende bedrijfspanden.

Wat zou het mooi geweest zijn als er een feestelijke opening mogelijk was geweest. Met hoogwaardigheidsbekleders zoals de minister van Binnenlandse zaken, Fidelio die het feest muzikaal kon opluisteren, kinderen vrij van school voor spelletjes en versnaperingen, in de avond een lampionoptocht. Maar we leven nu in 2021, al een jaar in de ban van Covid 19. We kunnen wel na 135 jaar ons glas heffen en alle ondernemers VEEL SUCCES wensen. PROOST.

Afbeelding
Afbeelding
Afbeelding
Afbeelding
Afbeelding