Afbeelding

Isa de Man
(18)

‘Als alles weer een beetje normaal is, dan hoop ik dat de kroegen zo snel mogelijk opengaan. Ik mis het gezellig met mijn vrienden een biertje drinken.

Zaterdagmiddag op het voetbalveld en zaterdagavond in Moestas. Of met zijn allen naar een festival. Dat je nu niet meer met heel veel bij elkaar kunt zijn, vind ik echt jammer.

We hebben een vriendengroep van acht en proberen ons zo veel mogelijk aan de regels te houden. Dat lukt aardig, soms zijn we met te veel, of houden ons niet aan de anderhalve meter afstand.

We kijken aan het eind van de week wie er zin heeft om met elkaar af te spreken. Als dat bekend is dan splitsen we de groep met een random generator op internet. We zitten om de beurt bij elkaar.

We doen eigenlijk hetzelfde als in de kroeg. Biertje drinken, spelletjes; 30 seconds, Beverbende, Monopoly. De regels van de overheid zijn streng, ja. Je kunt er wel iets van vinden, maar je hebt je er gewoon aan te houden.

Ik zou best willen dat de restaurants open gaan. Volgens mij kunnen zij dat prima regelen. De overheid moet een lijn trekken, dat snap ik wel.

Als er een avondklok komt, wordt het lastig met de gezelligheid in het weekend. Dat is nog wel een dingetje. Of we moeten tot het eind van de avondklok blijven zitten.

Normaalgesproken sport ik bij de Real Gym in Leusden. Dat kan niet meer. Nu wandel ik regelmatig. Met vriendinnen. ’s Zondags gaan we naar het bos. Doordeweeks wandelen we ’s avonds door het dorp.

Ik zit op de Pabo. Eerste jaar. Tot de tweede lockdown ging ik één keer per week naar school. Nu gaan alle lessen online. Dat is wat lastiger. Op maandag, dinsdag en donderdag hebben we les. Op vrijdag ben ik vrij.

Donderdag loop ik stage. Op de Julianaschool, hier in Woudenberg. Ik ga daar ook naar toe. We maken dan filmpjes voor de leerlingen. Die kunnen ze thuis bekijken. Dat gaat via Google Classroom. We geven op de filmpjes uitleg met het bord erbij. De kinderen kunnen ook online chatten. De juf zit ook in de groep. Daar kunnen de kinderen dan vragen stellen.

Gelukkig heb ik nog geen corona gehad. Ook mijn vrienden, mijn ouders en mijn zusje niet. Mijn tante heeft het wel gehad. Ze had er behoorlijk last van. Als ze de trap op liep moest ze twintig minuten uitrusten. Nu gaat het gelukkig weer goed.

Je leert dat het niet vanzelfsprekend is dat je gezond bent. Mensen die fit zijn, kunnen best heel erg ziek worden. Daar dacht ik vroeger nooit bij na. Ik denk ook dat mensen in de toekomst sneller thuis zullen blijven als ze verkouden zijn. En dat we wat meer afstand van elkaar blijven houden.

Ik werk een paar uur in de week bij Albert Heijn. In maart was het heel erg druk, toen werkte ik wat extra. Je hebt soms eigenwijze mensen die geen mondkapje dragen. Die mogen we niet weigeren. Het kan ook zijn dat ze om medische redenen geen kapje dragen. Of er zijn klanten die menen dat ze geen karretje hoeven mee te nemen. Maar uiteindelijk komen we er altijd wel uit.

Mijn moeder werkt in de gehandicaptenzorg. Mijn zusje zit op school. Die zit dus ook thuis. Ook mijn vader werkt vanuit huis. Als iedereen thuis is, is dat best wel druk. Mijn vader werkt dan aan mijn bureau. En ik op mijn bed. Ik kan de strijd wel aangaan met mijn vader, maar dat ga ik toch niet winnen’